Het Resultaat van programma na uitvoering zal worden getoond zoals:
Een klusje is bytes 1
Int. is 2 bytes
Kort is 2 bytes
Lang is 4 bytes
Een niet ondertekend klusje is bytes 1
Niet ondertekend int. is 2 bytes
Niet ondertekende kort is 2 bytes
Niet ondertekende lang is 4 bytes
Een vlotter is 4 bytes
Een dubbel is 8 bytes
a = 1023
a = 1777
a = 3ff
B = 2222
c = 123
D = 1234
e = X
F = 3.141590
g = 3.141593
a = 1023
a = 1023
a = 1023
a = 1023
a = 1023
F = 3.141590
F = 3.141590
F = 3.142
F = 3.14159
F = 3.14159 |
Vóór zijn gebruik, een variabele in een C- programma, moet het worden verklaard. Een veranderlijke verklaring vertelt de compiler de naam en het type van een variabele en initialiseert naar keuze de variabele aan een specifieke waarde.
Als uw programma probeert om een variabele te gebruiken die niet is verklaard, produceert de compiler een foutenmelding. Een veranderlijke verklaring heeft de volgende vorm:
typename varname;
typename specificeert het veranderlijke type en moet één van de sleutelwoorden zijn varname is de veranderlijke naam. U kunt veelvoudige variabelen van het zelfde type op één lijn verklaren door de veranderlijke namen met komma's te scheiden:
int count, number, start; /* drie geheelvariabelen */
float percent, total; /* twee vlottervariabelen */
The typedef Keyword
Het typedefsleutelwoord wordt gebruikt om tot een nieuwe naam voor een bestaand gegevenstype te leiden. Inderdaad, typedef creëert een synoniem. Bijvoorbeeld, de verklaring
typedef int integer;
hier zien wij typedef geheel als synoniem voor int. creëert. U kunt dan geheel gebruiken om variabelen van type int., zoals in dit voorbeeld te bepalen:
integer count;
Typedef zo creëert geen nieuw gegevenstype, laat het u slechts een verschillende naam voor een vooraf bepaald gegevenstype gebruiken.
|